Pedagogisch beleidsplan Treasures Of The Future

TREASURES OF THE FUTURE – VISIE EN BELEID OP VEILIG KINDERWERK

i.v.m. ons naschools kinderprogramma op maandag in De Nieuwe Stad

 

Visie

Onze visie is dat jeugd de toekomst is. Wij zien elk kind als een geliefd schepsel van God dat daarmee immens waardevol is. Elk kind heeft unieke gaven en talenten. Wij geloven dat om deze te ontwikkelen een veilige basis nodig is en de juiste ondersteuning.

Onze missie is om kinderen de juiste basis en begeleiding te bieden waardoor zij de schat in henzelf leren zien en deze kunnen ontwikkelen met het oog op de toekomst.

 

Doelen

Het doel van Treasures Of The Future is om kinderen een veilige basis te bieden waarin zij op een gezonde manier zich kunnen ontwikkelen. Wij richten ons hierbij op de ontwikkeling op de volgende vlakken:

  • Lichamelijke ontwikkeling
  • Persoonlijke en educatieve ontwikkeling
  • Sociale en morele ontwikkeling

 

Een veilige basis

Een veilige basis is het startpunt van een goede ontwikkeling. Wij bieden een veilige basis door zorg te dragen voor de volgende zaken:

  • De ruimte waar de kinderen ontvangen worden is veilig. De ruimtes in het gebouw De Nieuwe Stad die onveilig zijn (bijvoorbeeld de keuken waar een cooker is, of ruimten met gereedschap) dan zijn deze ruimtes verboden terrein voor de kinderen.
  • De vrijwilligers die met kinderen werken en hierin verantwoordelijkheid dragen (Bentja en Dinaira) zijn hiervoor getraind en hebben een VOG. Er is altijd één van deze verantwoordelijke medewerkers bij de kinderen. Daarnaast zijn er nog andere vrijwilligers (o.a. Môïsha en Annika) die assisteren in het kinderwerk. Zij dienen zich te houden aan de gedragsregels (zie bijlage 1). Deze assisterende vrijwilligers zijn nooit alleen met de kinderen.
  • Er is een duidelijke structuur in het programma. Wekelijks worden in dezelfde volgorde momenten van eten, vrij spelen, dansles en bijbels onderwijs aangeboden. De medewerkers zijn consequent en duidelijkheid. Zij hanteren éénzelfde lijn in het omgaan met de kinderen.
  • We bieden emotionele veiligheid door een vertrouwensband aan te gaan met de kinderen. Dit begint bij het kennen van de kinderen bij naam, het tonen van interesse voor wat hen bezighoudt – op school en thuis – en waar ze goed in zijn. De verjaardagen van de kinderen worden gevierd, ze krijgen dan een kaartje en een liedje en wat speciale aandacht.
  • We houden goed contact met de ouders van de kinderen, zodat ook zij zich veilig voelen om ons dingen te vertellen en zodat de ouders op de hoogte zijn van hoe het met hun kinderen gaat binnen ons programma.
  • Als extra veiligheidsmaatregelen is besloten om met alle nieuwe medewerkers een intake gesprek te voeren, een gedragscode te hanteren (zie bijlage 1), een meldprotocol misbruik te hanteren (zie bijlage 2) en twee vertrouwenspersonen aan te stellen. De twee vertrouwenspersonen zijn de twee coördinatoren vanuit Treasures en vanuit de Lutherse Diaconie, te weten Raffic Osman en Elianne Schultz.

 

Ontwikkeling

Op de volgende manieren richten wij ons op de ontwikkeling van de kinderen:

 

Lichamelijke ontwikkeling

Wij geven de kinderen gezond eten – fruit en brood na schooltijd, en een warme maaltijd als avondeten. Geregeld hebben wij trainers op bezoek die met de kinderen aan de slag gaan met een thema zoals bijvoorbeeld kinder-EHBO (verpleegkundige), tanden poetsen (kindertandarts) of omgaan met emoties (Ouder en Kind Team van de GGD).

Wij bieden de kinderen activiteiten aan waar lichaamsbeweging centraal staat. Een vast programma is Confi-dance, een dansles van 1 uur. Bij mooi weer gaan we daarnaast buiten voetballen, tennissen of naar de speeltuin.

 

Persoonlijke en educatieve ontwikkeling

De kinderen krijgen in het eerste deel van de middag keuze uit diverse activiteiten die hun creatieve, cognitieve en motorische ontwikkeling ondersteunen. De activiteiten zijn niet verplicht, zodat kinderen kunnen kiezen waar hun interesse ligt. Er zijn vrijwilligers die de kinderen kunnen voorlezen, samen knutselen, samen muziek maken, samen bouwen met lego of kapla of samen koken. Als kinderen ergens moeite mee hebben, zoals met de Nederlandse taal of met een bepaald vak op school, dan kunnen zij met de vrijwilligers oefenen op dit vlak.

Het tweede deel van de middag doen alle kinderen mee aan Confi-dance. Het uitgangspunt van Confi-dance is niet het aanleren van een dans, maar vrij leren bewegen. Er wordt gekeken naar de sterke punten van elk kind. Zelfs bij kinderen die zich slecht gedragen wordt er gefocust op de sterke punten van het kind. Hierdoor gaan kinderen zich steeds vrijer voelen en steeds meer genieten van het bewegen. Ook voelen zij zich steeds meer vertrouwd en genieten zij van de persoonlijke aandacht.  Stapje voor stapje groeien de kinderen zo en leren ze om steeds meer zichzelf te durven zijn.

Aan het eind van de middag, na het avondeten, krijgen de kinderen bijbelonderwijs van een ouder echtpaar. Zij worden voorgelezen of gaan door middel van educatieve spelvormen aan de slag met een bijbelverhaal.

 

Sociale en morele ontwikkeling

De sociale en morele ontwikkeling van de kinderen wordt gestimuleerd door het te coachen en aan te moedigen in de omgang met elkaar. Bij een conflict bijvoorbeeld is de regel: “niet slaan, niet schreeuwen, samen zoeken we naar een andere manier om het probleem op te lossen”. Zo ontdekken kinderen dat er meerdere manieren zijn van omgaan met elkaar. Ook in het algemeen worden er duidelijke morele regels gehanteerd, zoals zoals “niet vragen”, “wachten op je beurt” en “met twee woorden spreken”.

De kinderen krijgen regelmatig kleine opdrachten in het omgaan met elkaar. Zo wordt de confi-dance regelmatig afgewisseld met samenwerkingsspelletjes, waarbij de kinderen bijvoorbeeld met een ballon tussen twee kinderen ingeklemd moeten lopen, of waarbij de kinderen elkaar moeten aanmoedigen bij opdrachten. Ook leren de kinderen om in de rij en hand-in-hand te lopen van de ene naar de andere ruimte.

Daarnaast wordt de sociale ontwikkeling van de kinderen gestimuleerd door het omgaan met de oudere bezoekers en vrijwilligers van verschillende leeftijden en culturen.

Bijlage 1: Gedragscode

Bijlage 2: Meldprotocol